PARAMARIBO – De verkiezingen van 2025 zijn volgens bestuurskundige August Boldewijn niet alleen rommelig verlopen, maar tonen volgens hem ook een pijnlijk gebrek aan historisch besef en organisatorisch inzicht.
“De mensen kennen hun geschiedenis niet”, stelt hij scherp. Volgens Boldewijn is het invoeren van een landelijk evenredigheidsstelsel op zich geen verkeerde keuze, maar is de uitvoering daarvan ronduit zwak en verwarrend geweest.
De gewijzigde Kiesregeling werd dit jaar voor het eerst toegepast, maar dat gebeurde volgens Boldewijn zonder voldoende kennis van eerdere toepassingen. “In 1963 hadden we ook al een vorm van landelijke evenredigheid. Toen gold dat voor een derde van de kandidaten. In 1969 werd het opnieuw toegepast maar wat men nu doet, lijkt alsof het iets geheel nieuws is. Dat is het niet.”
Volgens Boldewijn faalt het systeem omdat het niet correct of volledig wordt doorgevoerd. “Het principe van restzetels, dat je de overgebleven stemmen optelt om alsnog zetels toe te wijzen, is niet correct toegepast. Nu zijn alle partijen gewoon zetels toegekend, alsof er geen reststemmen zijn. Dat klopt niet met het idee van evenredigheid.”
Ook de uitvoering van de verkiezingsdag zelf lag volgens hem onder vuur. Veel stembureaus functioneerden chaotisch, er was verwarring over het stemproces en de tellingen duurden langer dan noodzakelijk. Dit alles tast volgens Boldewijn het vertrouwen in het systeem verder aan. “We hebben internet en technologische middelen, maar die zijn niet ingezet zoals ze hadden gemoeten. Het is alsof men blind het verleden herhaalt, zonder ervan te leren.”
De extreem lage opkomst baart hem eveneens zorgen. “Het was pervers erg treurig”, zegt Boldewijn. Volgens hem moet dringend onderzocht worden waarom zo veel kiezers thuisbleven. “Meer dan 25 procent heeft niet gestemd. En als dit zo doorgaat, kan het bij de volgende verkiezingen 50 procent zijn. Dat is gevaarlijk voor de democratie.”
De kloof tussen burger en politiek is volgens Boldewijn schrijnend. “Mensen zeggen: de politiek doet niets voor mij. Mijn kinderen komen niet vooruit, scholen zijn een rommel, de stad lijkt op een vuilnisbelt. Als men zich zo voelt, stemmen ze niet meer. Dan gaan ze liever naar een voetbalclub dan naar een politieke bijeenkomst.” Hij pleit voor serieuze introspectie: “Als we niet begrijpen waar het fout gaat, dan herhalen we deze ramp bij de volgende verkiezingen opnieuw.”