deelneming aan een criminele organisatie en overtreding van de wet op verdovende middelen, naar aanleiding van de onderschepte drugs die werden aangetroffen op een adres aan de Smaragdstraat in Paramaribo.

 De behandeling stond in het teken van het verhoor van getuigen en de reactie van het Openbaar Ministerie (OM) op de verzetbrief van verdachte L.R. Alleen de verdachten R.P. en D.E. waren aanwezig bij de zitting. Volgens de waarnemend procureur-generaal had het OM hoger beroep aangetekend tegen een eerder verstekvonnis in de tweede en derde kanton. Het bleek echter dat verdachte L.R. in het tweede kanton reeds verzet had aangetekend tegen het vonnis van de kantonrechter in eerste aanleg. Hierdoor trok het OM het hoger beroep in het tweede kanton in, waardoor nu alleen het derde kanton in hoger beroep blijft lopen.

 Het OM benadrukte dat tegen een verdachte die niet verschijnt tijdens de behandeling van zijn strafzaak een verstekvonnis kan worden gewezen. De verdachte heeft vervolgens de mogelijkheid om verzet aan te tekenen, waarna het OM eventueel in hoger beroep kan gaan als er geen verzet is ingediend. Tijdens de laatstgehouden zitting is één getuige verhoord. Het OM wil in totaal drie getuigen, allen politieambtenaren, aan het woord laten om de feiten rond de drugs en de mogelijke criminele organisatie nader te onderbouwen.

 De verdachten R.P. en D.E. hebben beiden hoger beroep aangetekend tegen hun vonnissen in eerste aanleg. Volgens hun advocaten zijn zij onschuldig en zouden belangrijke documenten en ontlastende verklaringen niet in de beoordeling van de zaak zijn meegenomen. De strafzaak wordt op 27 oktober 2025 voortgezet. Op deze zitting staan meerdere getuigenverhoren gepland, waarbij het OM hoopt meer duidelijkheid te krijgen over de betrokkenheid van de verdachten bij de criminele activiteiten op de Smaragdstraat.

 De zaak blijft scherp in de aandacht staan van het Surinaamse publiek, omdat het een van de meer spraakmakende drugszaken van de afgelopen periode betreft. Zowel de procedurele complicaties rond het verzet van L.R. als de inhoudelijke betwistingen van de andere verdachten maken het proces tot een juridisch complexe kwestie.