gevestigd aan de Van Sommelsdijckstraat  in de wijk Combé te Paramaribo, en aan het kantoor van het Directoraat der Belastingen aan het Kerkplein.

Het CBK maakt deel uit van de Belastingdienst Suriname en valt onder het ministerie. Het kantoor is verantwoordelijk voor het heffen en innen van onder meer inkomstenbelasting en omzetbelasting (btw). De opbrengsten uit deze belastingen worden ingezet voor essentiële overheidsuitgaven, zoals infrastructuur, justitie, onderwijs en gezondheidszorg.

Tijdens het bezoek stonden het hervormingstraject van de Belastingdienst en de rol van de dienst bij het genereren van staatsinkomsten centraal. De minister benadrukte dat de Belastingdienst onmisbaar is voor de ontwikkeling van het land. Met belastingmiddelen wordt immers de basis gelegd voor belangrijke voorzieningen die het welzijn van de samenleving bevorderen, waaronder onderwijs en gezondheidszorg. Bij dit bezoek waren ook de directeur van de Belastingdienst, Marita Wijnerman, en diverse inspecteurs aanwezig.

In een persoonlijke reflectie gaf de minister aan zichzelf te beschouwen als een “kind van de Belastingdienst”. Zij onderstreepte dat het bijdragen van belastingen een gezamenlijke verantwoordelijkheid is om het land draaiende te houden en verder te ontwikkelen. Daarnaast wees de minister op diverse lopende projecten die gericht zijn op het versterken van de autoriteit van de Belastingdienst en het wegwerken van achterstanden. Daarbij legde zij nadruk op het belang van effectieve controle en een efficiënte inning van middelen. Er moet volgens haar een inhaalslag gemaakt worden om middelen die nog niet geïnd zijn alsnog binnen te halen.

De minister deed een krachtig beroep op de medewerkers om zich hiervoor in te zetten en benadrukte dat hun bijdrage van groot belang is. Zij stelde dat de Belastingdienst een cruciale plaats inneemt in de maatschappij en dat alleen door samenwerking en gezamenlijke inspanningen verdere vooruitgang kan worden geboekt.

Het werkbezoek werd afgesloten in een gemoedelijke en waarderende sfeer. De minister sprak haar dank uit aan de medewerkers voor hun inzet en moedigde hen aan om het hervormingstraject gezamenlijk verder te dragen. Als blijk van waardering ontving zij een bloemstuk, waarna zij de bijeenkomst afrondde door alle aanwezigen persoonlijk de hand te schudden, een warm gebaar dat de verbondenheid en wederzijdse erkenning onderstreepte.