POMPEÏ - Nadat een verwoestende vulkaanuitbarsting de oud-Romeinse stad Pompeï in de as had gelegd, keerden mensen terug om op de ruïnes te wonen.
Dat hebben archeologen ontdekt. Eerder werd aangenomen dat de stad pas eeuwen later werd ontdekt. De inwoners van Pompeï werden in 79 na Christus verrast door een verwoestende uitbarsting van de Vesuvius. De stad werd wereldberoemd, omdat de overblijfselen van gebouwen, straten, huizen en zelfs mensen goed bewaard bleven onder de aslaag.
Archeologen hebben nu ontdekt dat mensen kort na de uitbarsting al terugkeerden naar de ruïnes van Pompeï om het gebied weer te bewonen. Het gaat mogelijk om overlevenden van de vulkaanuitbarsting die het zich niet konden veroorloven zich ergens anders te vestigen. Lange tijd werd aangenomen dat de historische stad pas in de zestiende eeuw werd herontdekt.
De stad, die deel uitmaakte van het Romeinse Rijk, telde voor de uitbarsting van de Vesuvius twintigduizend inwoners. Na de uitbarsting leek Pompeï meer op een soort "favela" (sloppenwijk) dan op een stad, zei de directeur van de archeologische locatie tegen BBC News. De nederzetting bleef bestaan tot in de vijfde eeuw. Volgens de archeologen leefden de nieuwe bewoners van Pompeï een stuk minder modern dan hun voorgangers. Ze hadden niet de infrastructuur en andere technologieën die veel andere Romeinse steden wel hadden. Ze leefden van waardevolle spullen die ze in de ruïnes van de oude stad konden vinden. (NU/AP)