CHINA - De Australische premier Anthony Albanese heeft een zesdaags bezoek aan China afgerond, dat door analisten wordt gezien als een diplomatieke overwinning.
Tijdens het bezoek sprak hij met president Xi Jinping en premier Li Qiang over onder meer handel, toerisme en veiligheid. De hernieuwde vriendschap tussen de twee landen is grotendeels te danken aan de Amerikaanse president Biden, die, hoewel niet genoemd, de onderliggende factor was voor de toenadering. Zowel China als Australië zoeken nu betrouwbare partners vanwege de onzekere koers van de Verenigde Staten en benadrukken het belang van vrije markten en voorspelbaarheid in een onrustige wereld.
Het bezoek had vooral symbolische waarde, zonder concrete afspraken. Albanese poseerde samen met zijn vrouw bij de Chinese Muur en bracht een bezoek aan panda Fu Ni, die symbool staat voor Chinese soft power. Australië is het enige land op het zuidelijk halfrond dat twee panda's van China heeft. Het contrast met de situatie enkele jaren geleden is groot: onder de conservatieve regering in Australië waren de relaties door de voormalige uitspraken over de oorsprong van Covid-19 en handelsterugslagen ernstig verslechterd. Sinds Albanese in 2022 aan de macht is, worden de importheffingen, die China op Australische goederen had opgelegd, langzaam opgeheven, wat de banden weer verbetert.
Ook werden voorzichtig enkele gevoelige punten besproken, zoals de Chinese oorlogsschepen nabij Australië en de situatie van de Chinees-Australische schrijver Yang Hengjun, die vastzit in China. Hoewel de situatie niet gunsig is, blijven beide landen streven naar vrede en stabiliteit. Over Taiwan zei Albanese geen specifieke belofte te doen, maar hij pleit voor het behoud van de status quo. Het bezoek wordt in China en Australië positief ontvangen, al uitte de Australische oppositie kritiek op Albanese’s ‘te vriendschappelijke’ houding. Albanese stelde dat respect tonen ook voordelen heeft. (NOS)