PARAMARIBO - Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in de strafzaak tegen de 60-jarige R.H. een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 30 jaar geëist.
De verdachte wordt verweten dat hij zijn echtgenote met voorbedachten rade heeft gedood en vervolgens haar lichaam heeft begraven op een bosperceel in Saramacca, met de bedoeling haar overlijden en de doodsoorzaak te verbergen.
De officier van justitie benadrukte in zijn requisitoir de ernst van de feiten. De verdachte zou zijn vrouw, met wie hij jarenlang een relatie had, niet alleen van het leven hebben beroofd, maar ook op geraffineerde wijze hebben geprobeerd de sporen uit te wissen. Het slachtoffer werd in een zelf gegraven kuil aangetroffen, afgedekt met palmbladeren, afval, fruitresten en andere materialen. Haar lichaam verkeerde in verregaande staat van ontbinding.
Volgens het OM heeft de verdachte daarmee blijk gegeven van een volstrekt gebrek aan respect voor het menselijk leven. “De gruwelijkheid van zijn gedragingen laat zich moeilijk vangen in woorden”, aldus de officier. Juist omdat het om een daad tegen een naaste gaat, gepleegd in vertrouwen en nabijheid, acht het OM een langdurige gevangenisstraf noodzakelijk.
De zaak kwam aan het licht nadat het slachtoffer in september 2024 als vermist werd opgegeven. Uit onderzoek bleek dat zij Suriname nooit had verlaten, terwijl de verdachte verklaarde dat zij was teruggekeerd naar Nederland. Op basis van getuigenverklaringen en observaties werd haar lichaam op 4 september opgegraven. In de woning van de verdachte werden ook persoonlijke eigendommen van het slachtoffer aangetroffen, waaronder koffers, kleding en telefoons.
Het OM acht de feiten moord en het wegmaken van een lijk wettig en overtuigend bewezen en vindt de geëiste straf passend en geboden, gelet op de ernst van het feit, de persoon van de verdachte en de omstandigheden waaronder het is gepleegd.